Op het erf ligt ook een tweede pluimveebedrijf met 3600 leghennen. Dat wordt ook geruimd, omdat de kans zeer reëel is dat deze ook is besmet. Beide bedrijven werden al intensief gemonitord door de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD), omdat ze op 100 meter afstand liggen van een pluimveebedrijf waar op 29 september vogelgriep werd vastgesteld.
Binnen de 1-kilometerzone van het biologische pluimveebedrijf dat nu is besmet, bevindt zich nog één ander pluimveebedrijf. De dieren op dit bedrijf worden onderzocht door de NVWA en 14 dagen intensief gemonitord door GD.
In de 3 kilometerzone liggen 6 bedrijven met pluimvee die eveneens op vogelgriep worden onderzocht door de NVWA. In de 10 kilometerzone rond het besmette bedrijf liggen 22 bedrijven met pluimvee. In dit gebied golden al strenge maatregelen, waaronder een ophokplicht, afschermplicht en een vervoersverbod.
Vervoersverbod
Een vervoersverbod heeft betrekking op alle vogels en broed- en consumptie-eieren vanaf een locatie met vogels. Ook geldt het verbod voor mest van vogels en gebruikt strooisel, en voor andere dieren en dierlijke producten afkomstig van bedrijven met gevogelte. Daarnaast gelden regels voor de jacht. Zo is het in dit gebied onder andere verboden te jagen op eenden of te jagen in gebieden waar dat watervogels kan verstoren. Waar dit precies is, is te zien op de Dierziektenviewer van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Landelijke maatregelen
Sinds vandaag is de landelijke ophok- en afschermplicht van kracht. In een aantal gebieden in Nederland, zo ook dit gebied, was er al een ophok- en afschermplicht van kracht.
De ophokplicht geldt voor houders van commercieel gehouden vogels. De afschermplicht geldt voor houders van dierentuinen, kinderboerderijen en eigenaren van hobbyvogels – voor zover dit hoenderachtigen/kippen, watervogels en loopvogels betreft. De afschermplicht betekent dat deze houders verplicht zijn de genoemde dieren af te schermen om zoveel mogelijk te voorkomen dat de vogels in contact komen met zieke wilde vogels of hun uitwerpselen. Dit kan bijvoorbeeld door de dieren in een volière te houden. Op de website van de NVWA is meer informatie te vinden over hoe dit het beste kan.
Traceringsonderzoek
In het kader van de besmetting op deze locatie wordt zoals gebruikelijk een traceringsonderzoek gedaan naar risicovolle contacten. Indien nodig volgen naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek aanvullende maatregelen. Deze eventuele aanvullende maatregelen worden via een update in dit persbericht en via de online kanalen van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) gemeld.